
Spelen smartphones bij schoolkinderen een rol bij stress en welbevinden? door Reginald Deschepper
Problematisch smartphonegebruik onder kinderen en jongeren is in opmars en laat stevige
sporen na in hun emotioneel en sociaal functioneren. Dat blijkt onder meer uit een recent
grootschalig Duits onderzoek, waarin langdurig en problematisch gebruik duidelijk
correleert met een lagere kwaliteit van leven.
De LIFE Child cohortstudie bestudeerde 1 113 kinderen van 10–17 jaar tussen 2018 en 2024.
Sinds 2021 stijgt het aantal kinderen met problematisch smartphonegebruik (PSU) en met
dagelijks gebruik van langer dan 3 uur, vooral bij meisjes en jongere kinderen. Diezelfde
groep rapporteert een significant lagere kwaliteit van leven. Hierbij lag niet alleen het aantal
uren gebruik aan de basis, maar vooral het patroon van verslavend gebruik dat schadelijk
blijkt te zijn voor het welzijn. Met name psychosomatische klachten en problemen op school
en met leeftijdsgenoten hangen sterk samen met problematisch smartphonegebruik.
Wat betekent dit concreet?
We staan voor een zorgwekkende trend: meer kinderen lijken gevangen in een cyclus van
constant checken, meldingen, en onrust bij het wegvallen van digitale toegang. De
implicatie is dat interventies zich best richten op gedragspatronen (PSU), niet enkel op
schermtijd.
Wat Haidt leert over een “rewired childhood”
Jonathan Haidt’s recent verschenen boek The Anxious Generation (2024) bekijkt de bredere
maatschappelijke context. Hij plaatst smartphoneverslaving binnen de ‘Great Rewiring of
Childhood’: een mix van afgenomen vrije speelruimte en een toegenomen digitale toegang
die sinds het begin van de jaren 2010 een mentaliteitscrisis bij jongeren lijkt te voeden.
Haidt pleit onder meer voor:
• Geen smartphones vóór 14 jaar, geen sociale media vóór 16 jaar;
• Phone free scholen en meer vrij spel (unsupervised play), om kinderen weer veerkrachtig
en autonoom te laten zijn.
Zijn analyse roept breed herkenning op, al is er binnen de wetenschap ook discussie over de
relatieve omvang van het effect van smartphones ten opzichte van andere maatschappelijke
factoren. Dit kader helpt de studie in perspectief plaatsen: het gaat niet om technologie per
se, maar om hoe en wanneer kinderen met die technologie omgaan.
Moeten we dan smartphones op school verbieden ?
Argumenten voor een verbod
• Betere concentratie: Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat zelfs de aanwezigheid van smartphones cognitieve belasting veroorzaakt, wat de prestaties ondermijnt. Een deel van onze mentale capaciteit is immers constant bezig met het weerstaan van de verleiding om de telefoon te checken (Ward et al., 2017).
• Digitaal welzijn: Een expliciet verbod kan kinderen helpen ontsnappen aan constante
prikkels en sociale druk.
• Makkelijker voor ouders: Door iedereen dezelfde regels te geven, vermindert
schermgerelateerde ongelijkheid tussen leerlingen en ook de stress bij ouders om al dan
niet smarphone bij hun kinderen te verbieden.
Argumenten tegen een verbod
• Digitale geletterdheid: Voorbereiding op een wereld vol technologie vereist leren omgaan met diezelfde technologie, ook op school.
• Pedagogische kansen: Smartphones zijn bruikbaar in het onderwijs: interactieve apps,
onderzoeksvaardigheden, directe informatie. Het bewijs voor deze educatieve voordelen is
echter minder overtuigend dan dat voor de afleiding die ze veroorzaken.
• Rol voor ouders en school: Enkel verbieden is onvoldoende als gezinnen en scholen niet
samenwerken aan gezonde mediawijze gewoonten.
Misschien is een hybride strategie het meest geschikt:
1. Bewustwording & media-opvoeding
Leraars en ouders werken samen leerplannen uit die kinderen leren signalen van
problematisch gebruik herkennen en erover praten.
2. Gedeeltelijke verbodsconcepten
Bijvoorbeeld: smartphonevrije pauzes of gebruiksbeperkingen tijdens lessen, gecombineerd
met gecontroleerd gebruik in bepaalde educatieve contexten.
3. Alternatieven en ontspanning
Stimuleer fysieke, sociale en creatieve afleiding: sport, spelen, muziek, vrije exploratie
buiten; Haidt wijst op het herstelende effect van vrij spel.
4. School-ouder samenwerking
Gezamenlijke afspraken over schermtijd, meldingen, en technologiegebruik – ook ‘s nachts
— versterken de impact.
Besluit
De Duitse cohortstudie toont een duidelijke relatie tussen problematisch
smartphonegebruik en een lagere kwaliteit van leven bij kinderen. Wat smartphonegebruik
echt problematisch maakt, gaat verder dan de schermtijd, het gaat vooral om abnormale
patronen die stress en onrust voeden en daar ligt de echte uitdaging.
Jonathan Haidt’s boek biedt een breed maatschappelijk perspectief en moedigt ons aan om
actief te sturen op gezonde gewoonten, vrije spelmomenten én techwijsheid. In deze digitale samenleving is het aan ons allen (scholen, ouders en beleidsmakers) om kinderen te beschermen maar veerkrachtig.
Luistertip
De podcastaflevering Feel Better, Live More met dr. Rangan Chatterjee en Jonathan Haidt.
#456|May 29, 2024
How Smartphones Are Rewiring Our Brains, Why Social Media is Eradicating Childhood & The Truth About The Mental Health Epidemic with Jonathan Haidt
Referenties
- Poulain, T., Meigen, C., Kiess, W., & Vogel, M. (2025). Smartphone use, wellbeing, and their association in children. Pediatric Research. https://doi.org/10.1038/s41390-025-04108-8
- Haidt, J. (2024). The Anxious Generation: How the Great Rewiring of Childhood Is Causing an Epidemic of Mental Illness. Penguin Press.
- Ward, A. F., Duke, K., Gneezy, A., & Bos, M. W. (2017). Brain drain: The mere presence of one’s own smartphone reduces available cognitive capacity. Journal of the Association for Consumer Research, 2(2),140–154. https://doi.org/10.1086/691462